Optimalisatie renteresultaten

Rentevisie

De gemeente Venlo hanteert geen eigen rentevisie. De rente ontwikkeling laat zich namelijk, zoals de afgelopen jaren is aangetoond, erg moeilijk voorspellen. Wel worden de rente ontwikkelingen nauwlettend gevolgd via landelijke media, websites van enkele banken en wekelijkse rentenotitie’s van financiële dienstverleners.

Financieringspositie

In 2017 wordt als gevolg van benodigde herfinancieringen en nieuwe investeringen een (her)financieringsbehoefte geraamd van circa € 18 miljoen. Om optimaal gebruik te kunnen maken van de gunstige rentetarieven wordt dit volledig met kasgeld gefinancierd.

Het restantbedrag van de opgenomen langlopende geldleningen zal eind 2017, inclusief nieuwe leningen, circa € 323 miljoen bedragen. Hiervan is een bedrag ad € 12,7 miljoen onder dezelfde voorwaarden verstrekt aan woningcorporaties.

In hoofdstuk 5 is een geprognosticeerde balans opgenomen. Deze geeft onder andere inzicht in de financieringsstructuur en waaraan de gemeentelijke financieringsmiddelen zijn besteed.

Navolgende tabel geeft vier indicatoren aan waarmee de schuldpositie gemonitord wordt. In deze paragraaf worden onderstaande indicatoren individueel toegelicht. In de paragraaf Weerstandsvermogen vindt de interpretatie van de schuldindicatoren in samenhang en in de bredere context van de financiële positie plaats.

· Solvabiliteitsratio 15%

De solvabiliteitsratio geeft inzicht in de weerbaarheid van de gemeente. Hoe hoger de solvabiliteitsratio, hoe hoger de weerbaarheid. Onder de solvabiliteitsratio wordt verstaan het eigen vermogen als percentage van het balanstotaal. Het eigen vermogen van een gemeente bestaat volgens artikel 42 BBV uit de reserves (zowel de algemene reserve als de bestemmingsreserves) en het resultaat uit het overzicht van baten en lasten. Uw raad heeft een streefwaarde van ≥ 20% vastgesteld.

De solvabiliteitsratio voor 2017 wordt begroot op 15% en blijft meerjarig stabiel op 15%. Ten opzichte van de streefwaarde is de solvabiliteit te laag. De solvabiliteit kan worden verbeterd door ofwel meer reserves aan te gaan houden (sparen) ofwel door minder te investeren, waardoor de financieringsbehoefte lager wordt en er minder geleend hoeft te worden.

· Schuldquote 89%

De schuldquote geeft aan hoe hoog de netto schuld is ten opzichte van de inkomsten. Hoe hoger de inkomsten, des te meer schulden een gemeente kan aangaan. De netto schuld betreft het totaal aan schulden -/- de geldelijke bezittingen die niet zijn ingezet voor de publieke taak. Bij de inkomsten wordt uitgegaan van inkomsten vóór bestemming van reserves, omdat de inzet van reserves geen inkomsten zijn. De schuldquote wordt geraamd op 89%. Bij een schuldquote hoger dan 130% is sprake van zeer hoge schuld. De door Uw raad vastgestelde streefwaarde is < 130%. Volgens de VNG bevindt de schuldquote van een gemeente zich normaal tussen de 0% en 100%. Echter, twee belangrijke factoren kunnen van invloed zijn op de schuldquote en dienen bij de analyse betrokken te worden: de uitleenquote en de voorraadquote.

De uitleenquote bestaat uit de uitgeleende gelden als aandeel van de inkomsten. In Venlo is die 11%. De hoogte wordt sterk beïnvloed door de te verstrekken geldlening aan DCGV 2.0 (€ 27,5 miljoen). De voorraadquote bestaat uit de voorraad bouwgrond (inclusief bouwgrond in exploitatie en overige voorraden) als aandeel van de inkomsten. De voorraadquote bedraagt 5%. Op grond hiervan zou je kunnen stellen dat de effectieve schuldquote 73% is (89% - 11% -5%). Immers voor de uitgeleende gelden wordt rente en aflossing ontvangen, waardoor de hiervoor aangetrokken leningen niet op de exploitatie drukken. En met de verkoopopbrengsten van de voorraad bouwgrond kunnen leningen worden afgelost.

Anderzijds is het zo dat er over de uitgeleende gelden en de voorraad bouwgrond ook risico wordt gelopen. Dit is de reden waarom de uitleen- en de voorraadquote niet rechtstreeks met de schuldquote worden verrekend maar apart in beeld worden gebracht.

· Netto schuld per inwoner € 3.373

Deze indicator betreft de netto schuld afgezet tegen het aantal inwoners. Van jaar op jaar kan dit kengetal grote schommelingen vertonen als gevolg van fluctuaties in investeringen. Daarom is de schuld per inwoner vooral voor de middellange termijn een goede indicatie. De verwachting is dat met name door de investeringen die tussen nu en eind 2018 zijn begroot de netto-schuld per inwoner gaat toenemen. Hierna zien we een geleidelijke afname.

· Rentedruk 3,10%

De rentedruk geeft de netto rentelasten weer ten opzichte van de inkomsten vóór bestemming van reserves. Deze indicator geeft weer welk deel van de exploitatie gebonden is door het betalen van rente. Volgens de financiële barometer, een financiële stresstest die in ontwikkeling is bij een landelijke overleg groep van financiële beleidsmakers van 100.000+ gemeenten, is een rentedruk tussen de 1% en 3% normaal voor een gemeente.