Sport- en Cultuurbevordering

Inleiding

In het programma Sport- en Cultuurbevordering wordt het kader beschreven voor de inspanningen die de gemeente ten aanzien van de sportieve en culturele ontplooiing van haar inwoners verricht. Dit is schematisch weergegeven in de doelenboom in de volgende paragraaf.

In 2016 hebben zich verschillende ontwikkelingen voorgedaan die van invloed zijn op dit programma. Zo hebben wij over het uitvoeringsprogramma 2013-2015 van de Sportvisie 2013-2018 ‘Samen sporten, samen leven’ een evaluatie uitgevoerd. De resultaten van deze evaluatie, alsmede de doorkijk voor de jaren 2016-2018, zijn u separaat in de vorm van een tussenrapportage met uitvoeringsprogramma gepresenteerd. Ook heeft u in 2016 kennis kunnen nemen van de nieuwe Regiovisie Sport 2016 -2020 die samen met 7 Noord-Limburgse gemeenten en diverse partners is ontwikkeld.

Wat willen we bereiken?

Het programma Sport- en Cultuurbevordering levert hoofdzakelijk een bijdrage aan het bereiken van de perspectieven ‘Boeien en binden’ en ‘Vitale gemeenschappen’ uit de strategische visie ‘Regio in Balans’ en draagt bij aan de hoofdopgave ‘het versterken van de maatschappelijke ruggengraat’ van onze Strategische Visie 2030. Verder draagt het programma Sport- en Cultuurbevordering bij aan kernopgave 2 uit de Sociale Structuurvisie Venlo 2022 ‘Ik ken jouw naam, jij de mijne. Samen zijn wij Venlo’.

Deze opgave (‘iedereen ontwikkelt zijn competenties: persoonlijke ontwikkeling) is geconcretiseerd in een ambitie: Venlo biedt volop mogelijkheden voor (talent)ontwikkeling: onderwijs, werk, sport, bewegen, persoonlijke - en kunstzinnige vorming en culturele activiteiten. Deze activiteiten dragen bij aan het zelfvertrouwen, de samenwerking en de verbeeldingskracht van onze burgers. Daarnaast is sport ook van belang voor de (lichamelijke) gezondheid van onze inwoners en een instrument om de afstand tot de samenleving te verkleinen (maatschappelijke participatie). Verenigingen zijn een belangrijke spin in het web binnen wijken en ook goed onderwijs is een onmisbare voorwaarde voor zelfredzaamheid. Samen met partners zorgt de gemeente voor een passende infrastructuur op het gebied van onderwijs, cultuur, kunsteducatie en sport waarbij de gemeente haar maatschappelijke partners, (beroeps) onderwijs en bedrijfsleven aanspreekt op hun gezamenlijke verantwoordelijkheid.

Vanuit het coalitieprogramma ‘Verbinden vanuit Vertrouwen en Verantwoordelijkheid’ is ‘loslaten in vertrouwen’ de rode draad. Een mogelijke invulling is het overhevelen van het eigendom en/of het beheer en onderhoud van buitensportaccommodaties aan (sport)verenigingen. Een andere mogelijkheid is het faciliteren van een burgerinitiatief (buitenzwembad).

Voor het programma Sport- en Cultuurbevordering is de volgende strategische doelstelling geformuleerd:

Het leveren van een positieve bijdrage aan de kwaliteit van leven van onze inwoners.

Uitgaande van de niveaus van samensturing behoort de invulling van de doelstelling in hoge mate tot niveau 1 en beperkt tot niveau 2. Met andere woorden: voor de realisatie van de doelstelling is slechts een beperkte, voornamelijk faciliterende, rol voor de gemeente weggelegd.

De resultaten op deze strategische doelstelling worden met een drietal effectindicatoren (*) gevolgd:

(*) Op basis van het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten is besloten om op landelijk niveau ook het percentage 'niet sporters' inzichtelijk te maken.

IndicatorJR 20152017201820192020
Aandeel inwoners dat voldoet aan de NNGB-norm57,000,000,000,000,00
Aandeel inwoners dat minder dan één keer per week contact heeft met niet-huisgenoten (vereenzaming)4,000,000,000,000,00
Somscore op de gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven (EQ5D)85,000,000,000,000,00

Wat gaan we daarvoor doen?

In 2016 hebben wij over het uitvoeringsprogramma van de Sportvisie ‘Samen sporten, samen leven’ een evaluatie uitgevoerd. Ook heeft u in 2016 kennis kunnen nemen van de nieuwe Regiovisie Sport 2016 -2020 die samen met 7 Noord-Limburgse gemeenten en diverse partners is ontwikkeld.

Om de ambitie voor dit programma te kunnen waarmaken, worden in 2017 de volgende activiteiten uitgevoerd die mede zijn gebaseerd op de tussenevaluatie van de Sportvisie en de nieuwe Regiovisie Sport:

Het bevorderen van deelname aan sport en bewegen

  • Het blijvend ondersteunen van groepsleerkrachten in het basisonderwijs bij het bieden van voldoende  en kwalitatief bewegingsonderwijs.  Hierbij worden kinderen zoveel mogelijk faciliteiten geboden om kennis te maken met en ervaringen op te doen met verschillende sporten, sporten leuk te gaan vinden en het daarom te blijven doen (wijze van leven);
  • Het begeleiden van groepsleerkrachten bij het verzorgen en ondersteunen van motorisch remedial teaching en weerbaarheidstrainingen voor leerlingen met weinig zelfvertrouwen;
  • Het voortzetten van de inzet van de verenigingspedagoog in het kader van verenigingsondersteuning. Deze sportpedagoog helpt vrijwilligers binnen een vereniging om het pedagogische klimaat binnen de vereniging te versterken;
  • Het bieden van ondersteuning bij het opbouwen en versterken van het bestuurlijk kader van sportverenigingen. Dit is ook van belang om de beoogde samenwerking tussen verenigingen te faciliteren. Op basis van de Verenigingsmonitor 2014 Noord-Limburg kan worden gesteld dat 45% van de Venlose sportverenigingen als vitaal kan worden bestempeld;
  • Het verkleinen van de ‘afstand tot de sport’ voor groepen burgers waarvoor sport en bewegen minder toegankelijk is. Uit de laatste Stadspeiling (2015) is gebleken dat het aandeel inactieven is toegenomen en dat het aandeel ouderen van 55+ dat voldoet aan de fit-norm is afgenomen. Ook is het aandeel volwassenen en ouderen met (ernstig) overgewicht licht toegenomen. Om deze reden wordt het voorkomen en tegengaan van overgewicht voor al onze inwoners, mede door het inzetten van sport als middel hiervoor, een speerpunt. Hierbij wordt de relatie gelegd met het (nieuwe) lokale gezondheidsbeleid en het aanvalsplan overgewicht van de provincie Limburg;
  • Het intensiveren van de ondersteuning van de JOGG-aanpak (Jongeren Op Gezond Gewicht dat samen met 35 partners in de samenleving wordt opgepakt) en het initiatief Shape. Ook scholen (primair, voortgezet en middelbaar beroepsonderwijs) zullen worden gestimuleerd om de uitgangspunten van ‘de gezonde school’ structureel in hun beleid op te nemen;  
  • Het voortzetten en wellicht intensiveren van de initiatieven van fit- en gezondheidstesten en de beweegpas;
  • Het intensiever inzetten van de sportconsulenten voor het onder de aandacht brengen van het belang van sport en gezondheid en in het verlengde hiervan het activeren van kwetsbare burgers (relatief lager opgeleiden, inactieven, ouderen);
  • Het informeren van al onze maatschappelijke partners en professionals in de wijk over de mogelijkheden van het jeugdsportfonds en de geld-terug-regeling om de eventuele afstand tot de sport voor minder draagkrachtigen te verkleinen;
  • In 2016 is gestart met de herijking van de subsidieregels waarbij wordt ingezet op de transformatie van waarderingssubsidies naar stimuleringssubsidies voor verenigingen die een extra bijdrage (willen) leveren aan de samenleving (social return, ouderenaanbod, aanbod mensen met beperking, sociale veiligheid). In de eerste helft van 2017 wordt de nieuwe subsidie-opzet, waarbij een balans wordt gezocht tussen waarderings- en stimuleringssubsidies voor ‘jeugd, participatie, cultuur en sport’ ter besluitvorming voorgelegd;
  • Het ondersteunen van topsportverenigingen en topsporttalenten bij het opbouwen van een zogenoemd faciliterend netwerk omdat zij vanaf 2018 geen gebruik meer kunnen maken van de subsidieregel topsport;
  • Het uitvoeren van een onderzoek naar de mogelijkheden om te komen tot een meer transparante tarievenstructuur. Hierbij wordt ingezet  op het ‘gelijk schakelen’  van tarieven voor sportverenigingen en maatschappelijke groepen.

Het behouden en waar nodig versterken van een adequate sportieve omgeving

  • Het inzetten van sportconsulenten om in de wijk de mogelijkheden te onderzoeken om sportvoorzieningen breder in te zetten. Hiervoor zullen zij de verbinding leggen met maatschappelijke partners en professionals in de wijk, bijvoorbeeld sociale wijkteams, buurt- en bewonersnetwerken en informatie- en adviespunten in de Huizen van de wijk;
  • Het faciliteren in voorzieningen voor het geven van bewegingsonderwijs. Hiervoor exploiteert de gemeente  gymzalen, sportzalen en  sporthallen. Hierbij wordt opgemerkt dat verschillende onderwijsvoorzieningen (ten behoeve van bewegingsonderwijs) zich in gemeenschapsaccommodaties bevinden. Deze sportgerelateerde voorzieningen zullen met ingang van 2017 worden bekostigd vanuit het programma Sport- en Cultuurbevordering;
  • Het onderzoeken van de mogelijkheden om voetbalvelden die ‘overtollig’ zijn op een andere wijze in te zetten, bijvoorbeeld in de vorm van openbare ruimte;
  • Het onderzoeken van de mogelijkheden om de bezettingsgraad van sportaccommodaties te verhogen, bijvoorbeeld door een bredere inzet binnen de betreffende wijk. Een andere mogelijkheid is het waar mogelijk verkennen van mogelijkheden om naast  het voortgezet ook het primair onderwijs te interesseren meer gebruik te maken van bestaande sportieve omgevingen evenals het ‘sturen’ op de samenwerking tussen, en clustering van, verenigingen;
  • Het verkennen van de mogelijkheden om het eigendom en/of het beheer en onderhoud van buitensportaccommodaties volledig neer te leggen bij  verenigingen. Hierbij worden de mogelijkheden onderzocht om 'maatwerk' per wijk te bieden. Er ontstaat een andere verhouding tussen overheid en vereniging. Echter, daar waar het volledig overhevelen van het eigendom en/of beheer-  en  onderhoudstaken geen optie is, zullen de afspraken ten aanzien  van de protocollen zelfwerkzaamheid  op basis van ‘evaluaties’ al dan niet worden verlengd;
  • Het stimuleren en faciliteren van sportieve omgevingen om te komen tot een structureel samenwerkingsverband of rechtsvorm (al dan niet met private partners) met als doel een  verdere professionalisering van de betreffende omgeving;
  • Het op basis van uw besluitvorming ten aanzien van een zwemvoorziening op locatie van het Kazernekwartier, uitvoeren van de noodzakelijke activiteiten. In dit kader dient ook de uitwerking van de bestuursopdracht  'het onderzoeken van de mogelijkheden van het sluiten van de zwemvoorziening (binnenbad) De Wisselslag en indien er geen nieuw zwembad wordt gerealiseerd, het onderzoeken van de mogelijkheden van het overdragen aan de markt of samenleving van het zwembad' te worden bezien;  
  • De openbare ruimte wordt steeds belangrijker voor de ongebonden en anders gebonden sporter en biedt veel mogelijkheden om burgers op een laagdrempelige en recreatieve manier te laten sporten, bewegen, spelen, recreëren en ontmoeten. Dit bevordert een actieve leefstijl. Indien de openbare ruimte (opnieuw) wordt ingericht zal hiermee rekening worden gehouden;
  • In het vervolg van de pilot Sportpark Merelweg  (beheer en onderhoud worden volledig van de gemeente overgenomen, waarbij de rol van de gemeente een faciliterende en inspecterende is) wordt bij gebleken succes in 2017 onderzocht of meer sportparken kunnen worden opengesteld;
  • Het starten van een onderzoek naar de mogelijkheden om te komen tot een meer transparante tarievenstructuur. Hierbij worden de mogelijkheden onderzocht om per wijk 'maatwerk' te bieden;
  • Ook het beweegvriendelijke en openbaar toegankelijke schoolplein levert een bijdrage aan een attractieve openbare ruimte. Daarom zullen wij ook in 2017 in overleg met schoolbesturen de mogelijkheden onderzoeken om meer schoolpleinen van basisscholen open te stellen ten behoeve van openbare activiteiten, waarbij aandacht wordt geschonken aan mogelijke overlast. Op enkele van deze plekken zijn in de afgelopen periode met middelen uit het SAM-fonds (blok)speelplekken ontwikkeld. Dit is ook mogelijk in 2017;

Het bevorderen van de (passieve en actieve) deelname aan kunst en cultuur

  • Culturele verenigingen zijn een belangrijke spin in het web binnen de wijken van Venlo. Jarenlang lid zijn van een vereniging biedt de mogelijkheid om terug te vallen op een sociaal netwerk, wat weer zorgt voor een gevoel van veiligheid. Wij willen het voor iedereen mogelijk maken om lid te zijn van een culturele vereniging indien daaraan behoefte is. Een van de middelen die we hiervoor inzetten is het Jeugdcultuurfonds Venlo en de geld-terug-regeling;
  • Tevens willen we de mogelijkheden voor extra ondersteuning van culturele verenigingen onderzoeken in samenwerking met de verenigingsondersteuners vanuit ‘sport’;
  • In de Gezamenlijke Beleidsagenda Cultuur (beleidsagenda) zijn 5 speerpunten benoemd waaraan we de komende jaren extra aandacht besteden;
    • Cultuur in de Wijk: in het kader van de beleidsagenda wordt samengewerkt met wijkbewoners aan culturele projecten met thema’s uit de directe leefomgeving en aangedragen door wijkbewoners zelf: community arts. Het doel is om hiermee op wijkniveau bij burgers belangstelling te wekken voor (een bezoek aan) de stedelijke cultuurprogramma’s (musea, podia, festivals). Hierbij hebben we speciale aandacht voor het leggen van de verbinding met de Huizen van de Wijk.  We stimuleren culturele initiatieven in, door en voor de wijk(en). Hiertoe hebben we de eerste stap gezet door een culturele kaart van de wijken van Venlo te maken waarmee we inzicht hebben gekregen in wat er gebeurt in de Venlose wijken op het gebied van cultuur en welke behoefte er is per wijk. De 4 Venlose cultuurcoaches (1,5 fte)  zijn degenen die uitvoering geven aan dit speerpunt;
    • Horizontale programmering: partners benoemen vroegtijdig concrete thema’s die voor een breed publiek aansprekend zijn. Op deze thema’s kunnen alle culturele instellingen programma leveren. Door een gezamenlijk thema te benoemen ontstaat er een stadsbrede manifestatie die tot een groter publieksbereik zal leiden;
    • Cultuureducatie (basis)onderwijs: cultuureducatie is de verzamelnaam voor kunst-, media- en erfgoededucatie. Om kunst te beoefenen, om cultuuruitingen te begrijpen en te beleven en om het erfgoed van de stad en de streek te leren kennen, te ervaren en te kunnen duiden is educatie van groot belang;
    • Collectieve promotie en marketing: het is belangrijk dat het culturele veld het contact met nieuwe generaties en nieuwe inwoners weet te leggen en een nieuw publiek aan zich weet te binden. Dat wordt gezien als een gezamenlijk taak en verantwoordelijkheid;
    • Regionalisering: de culturele instellingen willen in regionaal verband de samenwerking zoeken met als doel van elkaar te leren en gebruik te maken van elkaars kennis en expertise.

Bedragen × 1.000

Middelen Programma 07

Baten / Lasten

2016

2017

2018

2019

2020

Sport- en Cultuurbevordering

Baten

3.206

3.335

3.334

3.334

3.334

Lasten

11.733

9.427

9.184

8.930

8.701

Subtotaal programma 07

-8.528

-6.091

-5.849

-5.596

-5.367

Onttrekkingen aan reserves

Baten

32

32

32

32

32

Toevoegingen aan reserves

Lasten

-

-

-

-

-

Saldo programma 07 na verrekening reserves

-8.496

-6.060

-5.817

-5.564

-5.335

Beleidskaders

De volgende documenten hebben een relatie met dit programma:

  • Strategische visie ‘Regio in Balans’;
  • Strategische visie Venlo 2030;
  • Sociale Structuurvisie Venlo 2022 ‘Ik ken jouw naam, jij de mijne. Samen zijn wij Venlo’;
  • Coalitieprogramma ‘Verbinden vanuit Vertrouwen en Verantwoordelijkheid’;
  • Cultuurnota ‘Focus, samenhang en samenwerking. Herijking cultuurbeleid gemeente Venlo 2015’;
  • Nota Lokaal Gezondheidsbeleid gemeente Venlo ‘Goede gezondheid, gedeelde zorg’;
  • Sportvisie Venlo 2013-2018 ‘Samen sporten, samen leven’;
  • Tussenrapportage Sportvisie Venlo 2013-2018 'Samen sporten, samen leven';
  • Regiovisie Sport 2016-2020.

Programma's

Het programma Sport- en Cultuurbevordering heeft relaties met een aantal andere programma’s:

  • Programma 3 Participatie en Werkgelegenheid (het naar vermogen deelnemen aan de samenleving);
  • Programma 4 Zorg en Welzijn (goede gezondheid en welbevinden  vermindert de vraag naar ondersteuning en zorg);
  • Programma 5 Onderwijs en Jeugd (bewegingsonderwijs en het niveau van sportieve voorzieningen die ook door de inwoners en verenigingen gebruikt kunnen worden, persoonlijke ontwikkeling);
  • Programma 8 Ontwikkeling Centrumstad (culturele infrastructuur);
  • Programma 10 Wonen en Leefomgeving (een veilige en uitnodigende omgeving, de vrije sport infrastructuur).